Het schijnt, volgens raadslid Bertus Walsma (GBTL), regelmatig voor te komen dat inwoners gemeentegrond gebruiken of zelfs inpikken, zonder dat daarover afspraken zijn gemaakt. Dat kan gaan om een stuk van een stoep maar ook om gemeentelijke bermen, of zelfs sportvelden en groenstroken. Na 10 of 20 jaar kan de gemeente die grond kwijtraken aan de bewuste burger die het in gebruik heeft genomen omdat er dan sprake is van verjaring. Verlies van overheidsgrond kan dan verstrekkende gevolgen hebben als de grond later nodig blijkt te zijn voor overheidsprojecten. De gemeente moet de grond dan voor veel geld terugkopen of onteigenen wat weer hoge proceskosten met zich meebrengt.
Het raadslid stelde tijdens de raadsvergadering van 29 september een aantal vragen over deze gevallen van landjepik. Zo wilde hij onder andere weten of onze gemeente wel zicht heeft op de omvang van misbruik van gemeentelijke gronden door inwoners.
En zijn er ook juridische afspraken gemaakt met die inwoners dat er geen sprake kan zijn van verjaring? Voorts wilde hij weten hoe de gemeente controleert op het oneigenlijk gebruik.
Het gebruik van gemeentegrond door burgers komt ook voor in onze gemeente, aldus wethouder Henk de Boer, maar is lastig te bewijzen door zowel de gebruiker als de eigenaar. Er zijn slechts enkele gevallen bekend waar het gaat om splintergroen, maar die zijn te tellen op één hand. Er is geen sprake van structurele controle, gezien de kosten. Wel wordt er incidenteel gecontroleerd met behulp van drones.
(Bron Friso)