Al om acht uur vrijdagmorgen lopen kinderen en kleinkinderen tussen de meer dan twee meter hoge hoge laurierhagen door naar de voordeur van het Dwarsnoard. Er komt straks een fotograaf langs om een paar mooie familiefoto’s te maken, is hun verhaal.
Op een parkeerterrein iets verderop verzamelen zo’n vijftien bekenden van het echtpaar Deinum zich, al dan niet voorzien van een bos bloemen. Piet van der Meer uit Parrega bijvoorbeeld, maatschappelijk begeleider bij Vluchtelingenwerk Nederland.
,,Jelly helpt mee als een soort tweede moeder’’, zegt de Eritrese Hiwet Nigusse. ,,Ze past op mijn kinderen, brengt hen naar bijvoorbeeld zwemles of consultatiebureau of helpt met schoonmaken. Het is een hele sterke vrouw. En als de wasmachine of een van de fietsen kapot is, staat Gerrit voor ons klaar.’’
Een van de vier bonuskleinkinderen, zoals ze door Gerrit en Jelly worden genoemd, houdt een grote bos bloemen vast. Het wachten is nog op burgemeester Jannewietske de Vries die iets na half negen arriveert in een blauwe touringcar.
De voordeur van het huis zwaait open. ,,Ah goeie’’, zeggen de Deinums. ,,Ah goeie’’, zegt de burgemeester. ,,Kom der mar efkes by.’’
Ze prijst het echtpaar uitgebreid voor zo’n vijftig jaar vrijwilligerswerk in Workum. Troubadour Bruno Rummler heeft een en ander op muziek gezet en voor elke gedecoreerde een aparte tekst geschreven. ,,It lintsje is libbenslang oan jo ferbûn’’, zingt hij, ,,wa’t it fielde hat jo dy erkenning jûn’’.
De lijst vrijwillige activiteiten van het tweetal lijkt eindeloos. Jelly zette zich vaak in voor minder bedeelden. Ze was vrijwilliger bij de Wereldwinkel, SOS Wereldhandel en Unicef (36 jaar).
Ook was ze, zoals gezegd, gezinscoach en activiteitenbegeleider bij Vluchtelingenwerk Sneek. Met haar man zette ze zich in voor een inzamelingsactie voor de Voedselbank Balk.
Ten slotte was ze actief als mantelzorger, voor de kleuterbibliotheek, als volleybalscheidsrechter en in diverse functies voor de Protestantse Kerk Nederland (PKN).
Ook Gerrit was als vrijwilliger actief voor Unicef en de Wereldwinkel en hij was dus klusjesman voor het gezin Nigusse. Jaren was hij actief in de volleybalwereld en in diverse functies voor de PKN, bijvoorbeeld als koster en medeoprichter van jeugdsoos Hair.
Ook was hij actief voor de scholen Tarissing en Dolteskoalle. Ten slotte was hij mantelzorger, sinterklaas, docent bij de stichting Fit yn Fryslân en seniorensportleider bij stichting Sport Fryslân.
,,Jo binne in soarchsum, ôfgryslik belutsen minske’’, houdt de burgemeester Jelly voor om haar vervolgens de koninklijke versierselen op te spelden. Foarsichtich, ik wol jo net prikke. Tige tank foar alles wat jo betsjutten hawwe.’’
En tegen Gerrit, terwijl hij achter zijn bos bloemen een traantje wegpinkt: ,,Jo steane altyd foar oaren klear.’’ Tot slot tegen beiden: ,,Woarkum kin mar grutsk op jim wêze. Jimme binne in gouden stel.’’
Voor de Deinums kwam de koninklijke onderscheiding niet geheel onverwacht. ,,Wy binne net hielendal op ’e efterholle fallen’’, zegt Gerrit met een glimlach van oor tot oor. ,,In fotoreportaazje om acht oere moarns….’’ Vrijwel direct prikten ze het verhaal door. Aldus Gerrit: ,,Benammen myn frou is skerp op dit soart fan dingen.’’
Ze zijn blij met het eerbetoon, niet zozeer vanwege het lintje op zich, maar vooral vanwege het feit dat het initiatief kwam van de oudste van twee uit Bangaldesh geadopteerde kinderen (Esther kwam in 1978 en Mirjam in 1980). In 1986 kregen de Deinums alsnog een biologische dochter: Judith.
,,Wy hawwe altyd each hân foar minsken dy it folle minder hawwe’’, zegt Jelly. ,,It is gewoan út leafde’’, vult haar man aan. Het werd beiden met de (gereformeerde) paplepel ingegoten. Als puber liep Jelly bijvoorbeeld al met een collectebus langs de deuren om geld in te zamelen voor vluchtelingen uit Tibet.
Met haar vader luisterde ze altijd geboeid naar G.B.J. Hilterman en zijn radiorubriek De Toestand in de wereld . ,,Us heit wie ek hiel sosjaal. Hy hat de komst fan ús earste twa famkes net mear meimakke, mar hy hie it prachtich fûn.’’
Vanuit betrokkenheid besloot het stel ook tot adoptie. ,,Dan is dit lintsje foar ús in grut komplimint’’, vervolgt Jelly. ,,En dat yn in tiid dat it ûnderwerp kontroversjeel wurden is, ek troch de ûntjouwings by it tillefyzjeprogramma Spoorloos . Wy moatte ús somtiden sels ferdigenje om’t wy bern adoptearre hawwe. Us bern hawwe noait negatyf oer de adopsje west. Hielendal net.’’
Ze vindt het ook vreselijk dat minister Marjolein Faber weigerde haar handtekening te zetten onder de voordracht van vijf vrijwilligers voor het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA). Hoewel het Jelly niet direct betrof, raakte het haar wel: ,,It fielde as in klap yn it gesicht. Fan in minister hie ik wat weardiger gedrach ferwachte.’’
In haar optiek is het juist essentieel dat erkende vluchtelingen goed worden begeleid en daarin hebben vrijwilligers een groot en soms volgens Jelly zelfs te groot aandeel. ,,Der wurdt wol in protte oerhevele nei frijwilligers. Finansjele begelieding bygelyks, mar dat kinne jo net altyd oan frijwilligers oerlitte.’’
(Bron Leeuwarder Courant. Foto’s Marco Keyzer)