Expo Marten Groenhof nu open

24 nov

Jan Pieter Dykstra

Zaterdagmorgen 14 augustus rond 11 uur vond in het vroegere stadhuis van Workum in kleine kring de opening plaats van de tentoonstelling van de schilderijen van Heidenskipster boer/schilder Marten Groenhof. Met het oog op de bestrijding van corona had Warkums Erfskip, de organisator van het evenement, ervoor gekozen slechts die personen uit te nodigen die een schilderij beschikbaar hadden gesteld. Het was dus een enigszins select groepje aanwezigen dat door Gerrit Twijnstra van de organisatie welkom werd geheten in de Klameare, naast ligger van het oude stadhuis. Hij deed dat kort en bondig met wel een speciaal welkom voor Germen Gerbrandy, die met behulp van een schaar de toegang tot de expositieruimte in het voormalige stadhuis zou openknippen.

Zoals bekend heeft Warkums Erfskip een dependance geopend in het vroegere bestuurscentrum. Na veel gezwoeg zijn nu duidelijk de contouren van de inrichting zichtbaar. Veel is er te zien, de ‘Oorlogszolder’, de unieke ‘Worckumer Kamer’ (geboorteplek van Tjipke Visser, beeldhouwer uit Workum). De voormalige raadzaal en burgemeesterskamer waar informatie over de inrichting ervan is te bekijken en op de zolder met laatmiddeleeuwse gebinten en korbelen een expositiezaal,waar de tentoonstelling van Groenhof het spits afbijt.

Voordat Gerbrandy, oud-wethouder van Súdwest-Fryslân, oud burgemeester van Achtkarspelen en politiek gezien laatst in functie als senator voor de Onafhankelijke Partij in de Eerste Kamer, het lint doorknipte, kreeg Jan Pieter Dykstra gelegenheid om iets te vertellen over de totstandkoming van het vorig jaar uitgegeven boek’ Marten Groenhof, boer/skilder yn It Heidenskip’.

De aanzet daartoe vormde eigenlijk de tentoonstelling van diens schilderijen in september 2009 voor de Feekeuringskommisje. Meer dan 1000 bezoekers betraden daartoe het gemeentehuis van toen nog Nijefurd. In 2018 was een aantal van zijn werken in het kader van Tsjerkepaad in de Grote Kerk te zien. En die evenementen kwamen onder de koffie nog wel eens voorbij.

Zoveel belangstelling, vond Utjouwerij DeRyp, verdient een publicatie. Afijn, het boek is er, de eerste oplage was binnen vier weken uitverkocht, maar nu weer volop verkrijgbaar, bij tentoonstelling en boekwinkel.

Na deze korte vogelvlucht werd Gerbrandy uitgenodigd het befaamde lintknippen te beoefenen. Voordat hij daartoe overging hield hij een humoristisch getinte causerie over het belang van de cultuur van deze omgeving, de Súdwesthoeke, It Heidenskip. De schilderijen/tekeningen schotelen ons een beeld van onze ‘krite’ voor dat als zodanig niet meer bestaat. Het is een beeld van wonen, werken, vertoeven, waar wij nu naar terug zouden moeten.
Hoewel de agrarische schaalvergroting ons veel heeft gebracht, zetten de problemen die er nu door veroorzaakt worden onze boeren onder grote druk, met een veelvoud aan regels, wetten en besluiten. Terwijl zij eeuwenlang de motor van de Friese economie waren, krijgen ze nu een negatief etiket opgeplakt. Het is waar dat de dichter die “Fryslân dér’t it tilt fan fee en blommen” schreef een nu geromantiseerde waarheid bezingt. Dat beeld zet ons echter aan tot bezinning.
Waartoe de landschappen, zeegezichten, et cetera van Groenhof zeker bijdragen. Hij duidde zijn tijd met kwast, verf en palet en leverde alzo een belangwekkend stukje geschiedenis van it Fryske Gea.

Zelf heeft Gerbrandy de schilder niet gekend, maar zeer wel de verhalen gehoord over het echtpaar Groenhof. Dat kan ook moeilijk anders als je echtgenote uit It Heidenskip afkomstig is. Als kers op de taart kon hij later in de tentoonstelling het schilderij van de oorspronkelijke boerderij waar vrouwlief geboren is aanschouwen. In 1955 raakte deze boerderij door brand verwoest en werd niet op dezelfde plek weer opgebouwd. Een nieuwe sathe,’Linquenda’ genoemd, die ze immers ooit weer zouden moeten verlaten, werd aan de Heidenskipsterdyk opgetrokken.

Na het doorknippen van het lint kon de tentoonstelling worden bezichtigd, op een unieke locatie, waar ook nog het beroemde ‘hondenhok’ het equivalent van het roemruchte schandblok, bekend als ‘Van Rossems troost’, te bezichtigen is en dat tot begin 20e eeuw nog dienst heeft gedaan in de toren, blijkens een erbij aangebrachte krantenpublicatie.

Op de foto Germen Gerbrandy die met behulp van een schaar de toegang tot de expositieruimte in het voormalige stadhuis open knipt. Foto Jan Tijsma.

Bron: workumer krant FRISO