De volkstelling van 1947 heeft vooral in Friesland ontstellende woning toestanden onthuld. Door den dag gewent men zich in ons gewest wel aan de vreemde huisvestingssituaties die er om ons heen bestaan. Vergelijking met andere gewesten leert echter steeds het schrijnende daarvan zien.
Gelukkig luiden deze toestanden op het Platteland niet zo snel tot een sociale neergang en een geestelijke ontreddering, van de betrokkenen als in de grote steden. waar veel gemakkelijker een klasse van uitgeworpenen ontstaat. Toch is het ook zaak dat op het platteland met kracht de verbetering van de huisvesting wordt aangegrepen, want slechte toestanden zijn nooit goed te praten met de bewering dat de plattelanders er wel tegen kunnen. Ook op het platteland zullen betere woningen wijdere horizonten openen en het neerdrukkende gevoel van verongelijkt zijn wegnemen.
Het gemeentebestuur van Workum heeft het vorige jaar een belangrijke stap genomen door de ‘Plaats’ aan te kopen, die aan de Diepe Dolte is gelegen. Deze oude boerderij, diende tot voor kort tot huisvesting van zes gezinnen, terwijl er bovendien nog een pakhuis in gevestigd is. Op het ogenblik zijn nog slechts drie kamers in deze boerderij bewoond. terwijl andere kamers onbewoonbaar verklaard zijn.
Het gemeentebestuur, dat aan de Sta¬tionsweg een voorbeeldig rusthuis voor ouden van dagen bouwt, doet blijkbaar het ene en laat het andere niet na. Het drama van de oude vrouwtjes die tegen het einde van hun leven in steeds goed¬kopere woninkjes terecht kwamen heeft inderdaad lang genoeg geduurd.
De “Plaats” is een typisch voorbeeld van Friese huisvesting en als voorbeeld zou het eigenlijk in stand moeten blijven. Het nageslacht zou dan kunnen zien hoe het vroeger was. Jammer genoeg is ‘de Plaats’ reeds voor een groot deel ontluisterd doordat de prachtige, linden. die het huis vroeger omzoomden, reeds jaren geleden weggehaald zijn. Nu is de boerderij op zijn eilandje midden in Workum achter de Grote Kerk in al zijn naaktheid overgebleven zon der dat een boommantel zijn schamelheid nog langer bedekt. Van het schilderachtige van voorheen is weinig overgebleven. De boerderij is nu mettertijd gedoemd geheel te verdwijnen.